'Zoektocht naar het verleden' - Interview met Yanina Verplanke

20 oktober 2021

Yanina Verplanke is de auteur van Zoektocht naar het verleden. Een Chinese geadopteerde op zoek naar haar roots. Geadopteerd zijn, hoe zou dit voelen? Toen de vraag kwam om Yanina te interviewen zei Christel Van Renterghem dan ook direct ‘yes!’.

Als voorbereiding heb ik jouw eerste boekje ‘Terug naar waar ik geboren ben. De rootsreis van : Yanina Verplanke' gelezen. Hoe oud was je, toen je dit boekje schreef?
Ik was twaalf jaar toen ik het boekje schreef. In 2010 maakte ik dan eindelijk mijn rootsreis. Ik had daar al lang aan mijn ouders om gevraagd, omdat ik het land China interessant vond. Al vanaf het begin dat ik bij mijn ouders was, vroeg ik wanneer we terug zouden gaan naar China. Rond 2010 was het ook de periode waarin rootsreizen in trek waren.

Een gespecialiseerd reisbureau regelde ons bezoek. Zij regelden onze reis voor ruim twee weken. We bezochten, niet enkel het tehuis, maar ook andere delen van China. We wilden het wat ontspannend houden en ook wennen aan de andere cultuur. Zo hebben we onder andere het pandareservaat in Chengdu bezocht en de provincie Yunnan voor de verschillende etnische minderheden. Tenslotte zijn we naar mijn geboorteplaats Fuling gegaan. Tijdens de reis had ik een dagboek bijgehouden. Aan de hand van dit dagboek heb ik mijn eerste boekje geschreven. Een Nederlandse uitgever was geïnteresseerd en heeft het gepubliceerd.

Heeft er iemand jou het idee aan de hand gedaan om het boekje te schrijven? Was het gewoon een soort dagboek voor jou, of wilde je er meer mee bereiken?
Ik had het boekje in eerste instantie geschreven voor een kleine groep mensen, zoals mijn familie, vrienden en andere geadopteerden. Doordat ik jong was, kreeg ik nogal aandacht van de media, zoals radio, krant en televisie. Naast Ketnet wilde ook AVS een reportage maken. De interesse naar de ervaringen van geadopteerde kinderen was in die tijd groot. Door de publicatie van het boek en de media-aandacht werd de groep geïnteresseerden groter en groter. Adoptieouders en -grootouders, leerkrachten, basisscholen, adoptieverenigingen, therapeuten … hebben mijn eerste boekje aangekocht. Ik heb hierover veel lovende reviews ontvangen. Zelfs bestsellerauteur Lulu Wang heeft een review geschreven, waarmee ik heel erg blij was.

Ik lees dat je een Chinese naam hebt, en een Vlaamse. Is dit niet verwarrend? Worden beide namen gebruikt?
Mijn Vlaamse naam is Yanina Verplanke, mijn Chinese naam is De Xing Fu. Mijn volledige naam is Yanina De Xing Verplanke. Mijn ouders hebben dit doelbewust gekozen. Zo wordt er toch een gedeelte van mijn Chinese naam behouden. Dat vonden zij belangrijk omdat deze naam in mijn geboorteland gegeven is. De namen hebben een betekenis die bij mij horen. Mijn Chinese en Vlaamse naam maken de Yanina van mij die ik nu ben. In China gebruiken ze soms Amerikaanse namen, omdat deze gemakkelijker uitgesproken worden. Zo hebben de gidsen in China allemaal een Amerikaanse naam. Dat is gemakkelijker voor de toeristen.

Maar oorspronkelijk ben je met jouw ouders in Nederland gaan wonen, in Goes. Merk jij een verschil tussen Nederland en België?
Mijn ouders zijn geboren in Nederland. Ik was 17 maanden toen ik geadopteerd werd en ik heb in Nederland gewoond tot mijn vijf à zes jaar. Toen zijn we verhuisd naar België voor het werk van mijn papa. Het was wel een aanpassing. In Nederland had ik mijn kleuterklasjes gedaan en hier in België moest ik naar de lagere school. Het schooljaarsysteem is in beide landen verschillend. Dus heb ik het eerste leerjaar overgeslagen en heb ik thuis tijdens de zomer veel moeten leren schrijven en bijbenen voor bepaalde vakken. We hebben ons wel wat moeten aanpassen, maar de verschillen tussen België en Nederland zie ik nog steeds. Vlamingen zijn geslotener, Nederlanders zijn extravert. Ik sprak vloeiend Nederlands waardoor ik op school vlug geaccepteerd werd.

Boven enkele hoofdstukken staan er gezegdes van wijze mensen, zoals Einstein, de Dalai Lama, Boeddha. Hoe ben je bij hen terecht gekomen?
Die wijsheden komen ook wel een beetje uit de Chinese cultuur. Daarover kan je dan nadenken, filosoferen. Het was ook bedoeld om op die manier de Chinese invloed in het boekje te steken. Mijn moeder is afkomstig uit Indonesië. Zij is geïnteresseerd in het boeddhisme en we hebben daar dan ook veel boeken over. De wijsheden in het boekje komen eigenlijk via mijn moeder. De gezegdes zorgen voor een rode draad in het boek.

In 2019 schreef je dan ‘ Zoektocht naar het verleden’. Was dit een noodzaak?
Er waren mensen die vroegen naar een vervolg op het eerste boekje. Ik begon er dus over na te denken. Velen hadden hun rootsreis gemaakt en begonnen te zoeken naar hun biologische ouders. Ik begon dat verder uit te diepen: hoe begin je met zoeken wanneer je niet eens weet wanneer en waar je geboren bent? Wat zijn de mogelijkheden? Start je in China of toch in België? Door het onderzoek stuitte ik op verschillende mogelijkheden en situaties. ‘Zoektocht naar het verleden’ kon niet zomaar mijn verhaal bevatten. Er moest meer meegedaan worden. Vandaar dat het idee is opgekomen om elf fictieve verhalen ertussen te zetten. Elf verschillende versies waarom een kindje wordt afgestaan.

Zoektocht naar het verleden

Je gaat op zoek naar de reden waarom je geadopteerd bent? Is dit voor jou van levensbelang?
Er is heel weinig bekend over mijn biologische ouders. Ik ben te vondeling gelegd en gevonden op straat. De politie heeft mij naar het tehuis gebracht. Daar heb ik de eerste zeventien maanden van mijn leven doorgebracht. De zoektocht naar mijn biologische ouders is voor mij, op dit moment, niet echt van levensbelang. Misschien dat dit verandert wanneer ik ouder word. Toen ik jong was had ik meer interesse in het land zelf. Ik wilde de cultuur leren kennen. De gewoontes en leefwijze van de Chinezen. Tijdens mijn rootsreis kwam de vraag, waarom ik afgestaan was, wel bij mij op. In mijn geboorteplaats keek ik onbewust rond of er een vrouw op mij leek. Voor het boek heb ik research gedaan over de manieren waarop geadopteerde personen zoeken. Soms kunnen de zoekende mensen geconfronteerd worden met de harde realiteit. Zou ik zo’n harde situatie tegenkomen, dan zou dit voor mij toch moeilijk worden om dit te verwerken. Misschien is het dan niet zo slecht om onwetend te blijven. Ik heb wel een beetje schrik voor de waarheid.

Ik had vooral de indruk dat je jouw biologische moeder zocht en niet jouw vader?
Ja, omdat de moeder het kind op de wereld zet. Als kind heb je bij haar in de buik gezeten. Ik denk dat dit de verbinding maakt. In feite ben ik meer geïnteresseerd in het vinden van broers of zussen. Het gebeurt wel dat verschillende zussen uit één tehuis apart geadopteerd worden. Via DNA kunnen ze deze dan terug vinden over de hele wereld. Het zou ook gemakkelijker zijn om te communiceren, omdat deze persoon dan ook een andere taal spreekt dan Chinees. Het is iemand die dichter bij mijn eigen leeftijd zit. De taalbarrière met de biologische moeder, die alleen maar Chinees spreekt, zou veel groter zijn en de communicatie moeilijker maken.

Ik heb wel al gehoord over het één-kind-beleid, dat momenteel al teruggedraaid is naar twee kinderen en vanaf dit jaar naar drie kinderen? Zijn de Chinezen daar blij mee?
Er werd onlangs over gesproken in het nieuws. Ik heb begrepen dat de meeste Chinezen voor één kind opteren, want het leven in China is duur. De ouders werken hard en lang. Daarnaast moeten zij voor het kind zorgen en ook voor de rest van de familie, zoals (groot)ouders. Zo vertelde onze gids dat zowel hij als zijn vrouw werkdagen had van gemiddeld zestien uur. Hij begon heel vroeg, zijn vrouw wat later zodat er voor zijn kind gezorgd kon worden. Naast zijn vrouw wonen zijn ouders in huis. Zij zorgen ook voor hun kleinkind. Ouders onderhouden de niet-werkende familieleden. Ze werken dan bijvoorbeeld in de grote stad. Ze kunnen dan slechts éénmaal per jaar terug naar hun huis. Dit is rond de jaarwisseling: eind januari/ begin februari. Dan verplaatsen miljoenen Chinezen van de stad naar het platteland.

Ik was geschrokken door de grote discriminatie tussen een jongen en meisje in China. Ik ben een Belgische en woon in België, maar heb absoluut geen flauw idee van de wetten die in China daaromtrent heersen. Kan je deze wetten eens verduidelijken?
Als het meisje trouwt met de man, gaat het meisje naar de familie van haar echtgenoot. De familie van het meisje blijft achter. Met de één-kind-politiek was een jongen dan meer gewild. Dus werden er bijna uitsluitend meisjes ter adoptie gesteld. Nu, zoveel later, zorgt dit voor een tekort aan meisjes. In China mogen meisjes niet voor hun twintigste trouwen en jongens niet voor hun tweeëntwintigste. Door de scheve verhouding tussen het aantal jongens en meisjes probeert de overheid deze verhouding te herstellen door de burgers meer kinderen toe te staan. In deze tijd is de discriminatie tussen een jongen en meisje wel al verminderd, denk ik

Ik zou momenteel niet permanent in China willen wonen. Als toerist zou ik daar wel willen verblijven want het is een land met een mooie natuur en een interessante cultuur. In het tehuis kan ik als vrijwilliger werken. De verzorgsters en directie zijn blij wanneer zij de kinderen vanuit hun tehuis weer kunnen ontmoeten. Tijdens mijn bezoek aan mijn tehuis zag ik dat er nog veel kindjes aanwezig waren. Velen met een beperking. Dit betekent grote kosten voor het tehuis. Ik besloot toen financiële hulpacties op te zetten, zoals een carwash op een school, een filmmiddag op een basisschool en verkoop van Chinese gadgets bij mijn lezingen. De opbrengt gaat naar Fuling Kids International. Dat is een organisatie opgericht door Amerikaanse adoptieouders van kinderen uit Fuling. Rond Thanksgiving reizen ze met geadopteerde Fulingers naar het tehuis om daar donaties af te geven. Ook gaan er teams van artsen, verpleegkundigen, therapeuten en onderwijzers naar het tehuis om op vrijwillige basis hun hulp aan te bieden. Dit vind ik het mooie aan het project. De samenwerking en het respect onderling en voor elkaar.

Hoe voel jij je als geadopteerde Chinese in België?
In het algemeen voel ik mij niet anders dan de rest. Soms word ik er wel op gewezen. Vooral als er bijvoorbeeld iemand in het Engels tegen mij begint te praten. Of de ‘logische’ vraag : waar kom je vandaan? Ook in groep onthouden de mensen mij, omdat ik er Aziatisch uitzie. Ik heb daar niet echt moeite mee. Soms wordt er wel eens ‘spleetoog’ geroepen, wat niet aangenaam is. Daar heb ik soms wel moeite mee. Op een negatieve manier wordt er benadrukt dat ik anders ben dan de maatschappij om mij heen. Dat vind ik erg jammer.

Ik had als kind niet echt door dat ik anders was. Mijn moeder ziet er ook Aziatisch uit. Als ik met haar op straat liep, hoorde ik soms ‘ kijk een Chinees’ en dan keek ik om en dacht ‘wie?’. Met ouder worden groeide het besef dat ik anders ben. Ik ben natuurlijke een stukje Chinees, een stukje Nederlands en een stukje Belgisch. Deze combinatie maakt mij Yanina. Soms zeggen de mensen dat ik op mijn moeder gelijk en ook op mijn zus, wat niet kan, want mijn moeder is Indonesisch en mijn zus is ook Chinese, maar komt van een andere geboorteplaats.

Als Chinese praat je geen Chinees, ik bedoel Mandarijns of Kantonees?
Nee, dat klopt. Dat komt doordat ik op jonge leeftijd werd geadopteerd. Op dit moment heb ik niet de behoefte om Chinees te leren. Maar ik vind talen sowieso interessant en andere talen spreken mij wel aan. Soms spreken Chinezen mij aan in het Chinees. Soms spreken de mensen ook Engels tegen mij, dan antwoord ik gewoon in het Nederlands. Op school had ik wel moeilijkheden met het Vlaamse dialect dat de kinderen op de speelplaats spraken. Maar na een aantal maanden kon ik het dan toch wel volgen. In België spreek ik nu Vlaams, bij mijn familie in Nederland spreek ik Nederlands. Ik kan gemakkelijk overschakelen van het één naar het ander. In China had ik een kaartje bij mij, waarop stond dat ik geen Chinees sprak. De Chinezen benaderden ons nieuwsgierig en vroegen van alles. Omdat ik niet kon antwoorden toonde ik het kaartje.

Ik heb op Canvas gekeken naar de serie ‘De wereld van de Chinezen’ van reporter Ruben Terlou. Ik vond het heel interessant en het gaf mij meer inzicht in de werkethiek van de Chinezen. Heb jij gekeken?
Ja, ik ken deze reportage. De reporter had ook reeds de reportage ‘ Langs de oevers van de Yangtze’ gemaakt over de Chinezen in China zelf. Ik vind de reportages interessant omdat ze een beeld geven van hoe de Chinezen leven. Vooral de eerste reportage waarbij hij spreekt met mensen die langs de Yangtze wonen vond ik heel erg interessant. Zo kwam hij ook in de buurt van mijn geboorteplaats en kreeg ik meer zicht op de verschillende levensstijlen daar. Doordat Ruben Terlou Chinees sprak, had hij gemakkelijker contact met de mensen. Soms benijdde ik hem wel dat hij zo vlot met de mensen kon praten. Op zulke momenten zou ik willen dat ik dat ook kon. Ik vond het spraakmakende en interessante gesprekken. Ik vind het goed dat dit soort reportages er zijn. Daardoor leren de westerlingen het leven en de werkethiek van de Chinezen kennen.

Komt er nog een derde boek?
Een derde boek zit er voorlopig niet in. Ik zou niet goed weten wat ik in een derde boek moet schrijven. Doordat ik op zoek was naar mijn identiteit zijn de twee boeken er gekomen. Ik ben nu vooral bezig met lezingen. Bij mijn eerste boekje heb ik ook lezingen gegeven. Doordat het boekje in een gemakkelijke taal was geschreven, gaf ik de lezingen vaak op basisscholen. Dan ging de lezing meer over hoe je een boek schrijft, inspiratie krijgen om een boek te schrijven, hoe opsturen naar uitgevers. Via deze lezingen leerde ik andere mensen kennen, ook adoptieouders met hun verhalen. Voor het tweede boek werk ik samen met een adoptiecoach. De coach gaat in gesprek met geadopteerde kinderen die op zoek zijn naar hun identiteit. Mijn mama en ik vertellen bij de lezing onze ervaringen en geven tips voor het opstarten van een eigen zoektocht. De adoptiecoach geeft professioneel advies over hoe om te gaan met de emotionele rollercoaster die een zoektocht naar biologische ouders met zich meebrengt. Op mijn website kan je alle informatie vinden over lezingen, webinars en informatie over mijn boeken: https://verplankes-com.jouwweb.be/.

Yanina, hartelijk dank voor dit openhartig gesprek.


Christel Van Renterghem