Tegendraadse Gentse literatuur van vroeger en nu. Lezingenreeks ‘Rebellie in de Gentse letteren’

11 oktober 2021

Op donderdag 7 oktober was de druk bijgewoonde eerste lezing in de reeks ‘Rebellie in de Gentse letteren’, een samenwerking van het STAM met de UGent.

Dat Gent altijd al een bolwerk van rebellie en tegendraadse ideeën is geweest, is vrij algemeen bekend. De Gentenaar houdt ervan als er een hoek af is, en staat dus open voor andersdenkenden. In deze reeks staan Gentse rebelse teksten centraal (laat ik het woord maar gebruiken, zij het tussen haakjes: de teksten en hun schrijvers zijn non-conformistisch). Het gaat om zes lezingen van proffen en assistenten van de afdeling Nederlandse literatuur – gevestigde namen en jong geweld, zeg maar – telkens in de mooie abdijrefter in het STAM, op donderdagavond om 19u. Veerle Uyttersprot en Jorn Hubo beten de spits af met een lezing over Van de vos Reynaerde en De maghet van Ghend.

De Reynaert is één van de beroemdste teksten uit de Nederlandstalige literatuur, en Veerle Uyttersprot maakte duidelijk waarom dat zo is. Toch zei ze meteen ook dat het een buitenbeentje is, ook in deze lezingenreeks: Reynaert is geen klassieke rebel. In feite is de dertiende-eeuwse vos een crimineel die de zwakheden van anderen uitbuit. Maar doordat de anderen niet beter zijn, is de tekst open voor vele interpretaties: Reynaert gebruikt handig de hebzucht, de gulzigheid, het platte opportunisme van alle andere dieren, en legt op die manier de hypocrisie van zijn maatschappij bloot.

Veerle

Jorn Hubo sprak over de maagd van Gent – ze wisselden elkaar voortdurend af, waardoor de avond een zekere dynamiek kreeg, en je in het publiek nooit de indruk kreeg dat je naar een academische les met opgeheven vingertje zat te luisteren; wel integendeel. De maagd is een begrip, al was het maar doordat het café met die naam op de Korenmarkt wereldberoemd is in Gent en omstreken, maar ook zij is ook geen typische rebel.

Hubo

In de oudste tekst over de maagd van Gent (veertiende eeuw) staat zij symbool voor de stad, maar eigenlijk is zij al bij al vrij passief. Ze krijgt wel steun van een witte of zilveren leeuw, en van een hele batterij heiligen (St-Bavo, St-Michiel, St-Macharius, St-Amand,…: de Gentenaar ziet waar dat vandaan komt). Hubo beklemtoonde dat zij zelf niet provoceert – in tegenstelling tot de stad Gent, als je de historische context erbij neemt – maar de tekst maakt onmiskenbaar deel uit van een zeker kritisch discours (af en toe moesten er eens dure termen vallen, zoals ‘discours’ of het Latijnse ‘hortus conclusus’, maar die werden telkens kort en duidelijk uitgelegd).

Op het eind vertelden zowel Uyttersprot als Hubo nog over hoe ‘hun’ tekst of figuur later gebruikt werd. De maagd duikt overal in Gent op – ga haar gerust eens zoeken op de gevel van de oude Post – en was heel aanwezig in de affiches voor bijvoorbeeld de wereldtentoonstelling van 1913 (ik heb ooit net de kans gemist om één van die affiches te kopen: net verkocht toen ik er om wou gaan).

Stam

Maar ik wist niet dat zij ook op Klokke Roeland staat. De Reynaert werd later door onder anderen Jan-Frans Willems een symbool van de Vlaamse identiteit en de Nederlandse moedertaal: je vindt de vos onder andere op het monument voor Willems op het Sint-Baafsplein.

Misschien een ideetje voor als het ooit weer beter weer wordt: Marc Legendre en René Broens hebben zo’n jaar of 10 geleden een ronduit prachtige graphic novel gemaakt van de Reynaert. Ga het zitten lezen op het terras van de Maeght op de Korenmarkt. Drink er misschien een biertje bij: Jorn Hubo opende zijn presentatie met het bier Gentse Maagd (een witbier, en blijkbaar nogal zoet, dus niet meteen iets voor mij, maar laat dat u niet tegenhouden). In afwachting zijn er nog een aantal lezingen over rebellie in de Gentse letteren.

De reeks is niet strikt chronologisch opgebouwd: op 21 oktober spreekt Lars Bernaerts over de negentiende-eeuwse Virginie Loveling, een week later heeft Lieselot De Taeye het over Karel Waeri en Walter De Buck. In november is er een lezing van Youri Desplenter over Alijt Bake (wie, vraagt u? Alijt Bake was een vijftiende-eeuwse non die mystieke teksten schreef en de controverse niet schuwde). In december spreekt Kornee van der Haven over satirische tijdschriften op het eind van de achttiende eeuw – u weet wel, die periode waarin de wereld in brand stond: de Amerikaanse onafhankelijkheid, de Franse Revolutie, en bij ons de Brabantse Omwenteling. Daar moest de Gentenaar uiteraard zijn eigenzinnige commentaar op geven, met een knipoog en met bijtende humor. De reeks wordt afgesloten door Ruben Vanden Berghe en Sven Van den Bossche, die het zullen hebben over de tegendraadse poëzie-evenementen van de jaren 1960 en het doorwerken van die kritische houding in literaire initiatieven van jonge schrijvers vandaag.

Voor meer informatie over de concrete data en tickets: https://stamgent.be/nl_be/nieuws/lezingenreeks-rebellie-in-de-gentse-letteren

Christophe Madelein