De kleine man in de Grote Oorlog
Vooraf: het citaat uit Trouw op de afgebeelde cover slaat als een tang op een varken. Bij de tweede druk kon De Geus al inspelen op de recensies en werd dat gelukkig vervangen door 'Een weergaloze Echenoz in een magnifieke vertaling' - NRC Handelsblad *****
14 van Jean Echenoz is een ware krachttoer: de tragiek van de Eerste Wereldoorlog gebald in een kleine roman van 120 bladzijden. En hoe?
Door in te zoomen op vijf doodnormale jongens die naar het front trekken om Frankrijk te verdedigen. Op het thuisfront wacht een vrouw op twee van hen.
Door een focus op beklijvende kleine taferelen (14 telt 15 hoofdstukken) uit het brede panorama van de oorlogsjaren.
Door een meesterlijke beheersing van taal en stijl (met inbegrip van de typische ironie van Echenoz) gekoppeld aan een puntgave structuur. Hier dringt een illustratie zich op.
In hoofdstuk zes lees je gedetailleerd hoe de bepakking van een soldaat opliep. De auteur sluit af met: Het geheel van dat bouwwerk kwam dan minstens rond de vijfendertig kilo te liggen, bij droog weer. Voordat het dus begon te regenen. Daarop is het even wachten tot het begin van hoofdstuk acht: Toen het begon te regenen verdubbelde de ransel bijna in gewicht en de wind stak op, ... Maar ondertussen tors je als lezer ook al de impact van het onthutsende luchttafereel in hoofdstuk zeven.
Wat een gedenkboek(je)!
Synopsis
Gelaten ondergaat een drieëntwintigjarige man in 1914 zijn mobilisatie naar de Ardennen, een gruwelijke ervaring. Twee jaar later keert hij als oorlogsinvalide terug naar zijn geliefde, maar is er nog een toekomstperspectief?