Een roman die niet gelezen, maar gevoeld wordt - als de adem van herinnering onder een laag sneeuw
Er zijn van die romans die niet gelezen, maar beleefd worden — langzaam, alsof elke bladzijde ademt in het ritme van stilte en herinnering. Door de sneeuw van de Duitse auteur Tommie Goerz is zo’n boek. Het nodigt je uit om even stil te staan, om te luisteren naar wat verdwijnt en naar wat, ondanks alles, blijft. In de verstilling van een besneeuwd bergdorp ontvouwt zich een verhaal dat niet probeert te imponeren, maar te raken — met de zachte kracht van een herinnering die plots weer tot leven komt.
De tachtigjarige boer Max woont al zijn hele leven in het afgelegen dorp, omringd door bergen, sneeuw en de schaarse mensen die er nog wonen. Op een januaridag staat hij achter het raam van zijn kamer. Hij kijkt naar de langzaam neerdwarrelende vlokken, het vredige beeld van een wereld die hij tot in haar kleinste gebaar kent. Dan klinkt plots de zware klok van Gunda, de dorpsbewoonster die hem al zijn leven lang omringt — een klok die alleen voor één reden wordt geluid. De dood van zijn vriend Schorsch.
Wat volgt, is een verstilde, bijna meditatieve tocht door het landschap van herinnering en verlies. In de dagen na Schorsch’ dood keert Max terug naar wat is geweest: naar hun jeugd, hun vriendschap, en de momenten die zich in stilte in het geheugen hebben genesteld. Tijdens de dodenwake komen de dorpsbewoners samen. Ze spreken over vroeger, over geluk dat ooit vanzelfsprekend leek, over geheimen die liever vergeten waren.
Goerz beschrijft dit alles met een sobere precisie die de lezer dichter bij de stilte brengt dan bij het woord. Hij schetst een verdwijnende wereld — een tijd waarin gemeenschap, natuur en seizoenen het leven bepaalden. De sneeuw, die alles dempt en verbergt, wordt een beeld voor het geheugen zelf: wat even zichtbaar is, verdwijnt weer onder een zachte, witte laag.
In beperkte, haast schuwe bewoordingen, zonder pathos maar met diep medeleven, vertelt Goerz over ouderdom, vriendschap en de onvermijdelijke breuk met het verleden. Door de sneeuw is een schitterend, ingetogen stukje proza, een melancholisch moment waarin het leven slechts even opflitst voordat het zich weer terugtrekt in de stille hoeken van de vergankelijkheid.
Het is een roman die niet overweldigt, maar langzaam omhult — een boek dat fluistert in plaats van schreeuwt, en daardoor des te langer in het hoofd blijft naklinken. Voor wie houdt van contemplatieve literatuur over verlies, herinnering en de stille kracht van verbondenheid, biedt Door de sneeuw een ontroerende leeservaring: een verhaal dat je niet alleen herinnert aan anderen, maar ook aan jezelf.