Jean-Paul Haerynck
Leestip van Jean-Paul Haerynck
Lezen: letters, woorden, teksten, bundels, boeken. Lezen, lezen, lézen. Samen lezen, voorlezen, hardop lezen, in stilte lezen, begrijpend lezen, verplicht lezen, vertellen over lezen. Maar lézen. Proeven van taal. En van wat taal vermag. We zijn allemaal verantwoordelijk.' (Ruth Joos)

Taalmagie tussen bijbel en entropie

23 februari 2022

Als je afgaat op de sleutelvraag in het boek “Woon je in een wereld van rotsen, gras en bomen, of in een wereld van bankstatussen, certificaten, dossiers en brieven?” zou je die regels kunnen interpreteren als: loop je door de buitenlucht zonder je daar bewust van te zijn? Ervaar je nog een drempel als je een papieren of digitale wereld betreedt? Sluit de ene de andere wereld in, of net uit? Of om het nog wat scherper te stellen: kunnen we wel vertrouwen op ons geheugen en onze reële ervaringen, nu we dag in dag uit op digitale en commerciële prikkels leven?

Toen ik ergens halfweg de roman Maxwell's demon even ophield met lezen, viel me een foto in van het Zwitserse duo Cortis & Sonderegger. Dat duo bouwt iconische nieuwsfoto’s minutieus na in drie dimensies, verkleind weliswaar, maar met alles erop en eraan: de exacte lichtinval, beeldhoek, cadrage, reclame, personages, rookwolken, landschapsachtergrond… Ze bouwen een soort kijkkast om je te doen ervaren hoe het voelt om erbij te zijn geweest, bij dat wereldwijd berucht geworden moment. Dat is hun beoogde doel nummer één. En dan nemen ze van enige afstand opnieuw een foto van datzelfde vastgezette gebeuren, maar nu met hun eigen omkadering van stellingen, takels, lijmpistolen, verfpotten, al het materiaal dat ze gebruikten om die eerste beroemde foto in 3D te ‘maken’, zodat de toeschouwer zich beter bewust zou zijn dat elk beeld ‘gemaakt wordt’, dat zelfs dat ene lucky shot tot stand kwam door toedoen van een persoonlijkheid, een spiedend oog, een specifiek objectief. En om te tonen hoe moeilijk het is om de karakteristieken van zo’n beeld allemaal te onthouden. Dat is hun tweede doelstelling.

Maxwell’s demon van Steven Hall vertoont soms veel gelijkenissen met die foto’s van Cortis & Sonderegger. Ook al is het op en top een spannende roman, in vrij makkelijk Engels, met een prachtige plot, een boeiend verhaal vol filosofische en linguïstische bespiegelingen, en met ontelbare verwijzingen naar literaire klassiekers, historische gebeurtenissen en wetenschappelijke kwesties.

Hoofdpersoon is Thomas Quinn, een verhalenschrijver en auteur van de roman The qwerty machinegun. Een antiheld – “I know I’m nothing special” – die door een onverwacht bericht op zijn telefoon, afkomstig van zijn zeven jaar geleden overleden vader, aangezet wordt om op zoek te gaan naar de mysterieuze (en verdwenen) cultschrijver Andrew Black, een beschermeling van zijn vader en auteur van het meesterwerk Cupid’s engine, een wereldwijde bestseller. Maar helaas zijn enige boek tot hij met zijn uitgever in een dispuut geraakte over e-books als “het begin van het einde”. De romantijd is dus minstens een decennium geleden te situeren, de e-boekenkwestie is inmiddels klein bier tegenover de huidige digitale belevingswerelden. Maar toch hou je beter je ogen wijd open bij het lezen van Maxwell’s demon.

Een briefje met bevreemdende foto valt in Quinns postbus, een bekend personage lijkt hem te schaduwen, en dan komt hij te weten dat er wellicht al een vervolgroman op Cupid’s engine bestaat, het is te zeggen: het typoscript ervan.
Allerlei onderbrekingen en hindernissen beletten Thomas om de zoektocht snel te voltooien. Steven Hall hanteert de bekende trucs van detective- en politieromans waarin onbelangrijke sporen worden uitvergroot of toevallige gebeurtenissen de lezer op het verkeerde been zetten. Omdat Thomas’ leven al niet stevig op de rails staat en hij ook nog persoonlijke offers moet brengen, volgt Maxwell’s dream eigenlijk nog eerder het procedé van de middeleeuwse queeste.
Er is de moeilijke relatie met zijn (al maanden afwezige, maar soms toch even zichtbare en aanspreekbare) vriendin, er zijn aannemelijke interventies van Blacks uitgever en van zijn literair agente, maar later wordt het zoeken grimmiger: als er personages opduiken uit de succesroman zelf, als er een dode valt, als Quinns leven als een kaartenhuis ineenstuikt.
Toch is dat ook niet zo verwonderlijk met een motto van Steven King aan het begin, met de obsessies van auteur Steven Hall zelf, of door de talloze dubbele bodems: hier waan je je in een roman van Paul Auster, daar val je middenin Danielewski’s Book of leaves, wat verder herlees je een cruciale passage uit Melville’s Moby Dick of vind je een doorslagje van Steven Hall’s of Maxwell’s eigen leven.

Die James Clerk Maxwell (1831-1879) was een bekende Schotse wiskundige en wetenschapper, die o.m. al in 1859 de ringen van Saturnus beschreef (voor het eerst gefotografeerd in 1981!), de allereerste kleurenfoto maakte (in 1861), regeltechnieken voor stoommachines ontwikkelde en ontdekkingen deed over elektromagnetisme (later bevestigd door Einstein).
Hij hing ook een intellectuele benadering van religie aan en ontwikkelde het naar hem genoemde gedachtenexperiment dat de tweede wet van de thermodynamica op zijn kop kan zetten (voorlopig noch bewezen, noch ontkracht). Dat experiment gaat over de nog onverklaarbare aanwezigheid van een onbekende factor in de entropie, waardoor een evenwichtige toestand in een geïsoleerd systeem op macroscopisch niveau toch tot chaos kan vervallen (ook gezien als een tijdsverloop dat voor de mens onomkeerbaar wordt).
En dat is precies wat er met het verhaal in Maxwell’s demon gebeurt. Hoewel het verloop goed te volgen is en de auteur de gebeurtenissen en gewaarwordingen bijzonder vlot heeft verwoord, wordt de staat van wanorde steeds groter, de interne complexiteit groeit, elke beschrijving heeft wel met een andere te maken.

Bovendien zijn de personages bewust in transitie gehouden, wellicht onder invloed van de telkens opnieuw herhaalde citaten uit Joseph Campbell’s The Hero with a Thousand Faces: het ene moment leven we diep met hen mee, een poosje later staan ze zo ver af van het beeld dat we ons van hen vormden, dat we twijfelen of het nog wel om hetzelfde personage gaat.
Steven Hall lijkt ons erop te wijzen dat zowel zijn personages als zijn betekenisintenties een zekere fluïditeit bezitten, dat woorden en beschrijvingen in de ervaring en interpretatie van elke lezer anders kunnen overkomen, dat er verschuivingen optreden veroorzaakt door een onbekende (schrijf/lees-)duivel waardoor chaos en complexiteit in alle macroscopische lagen van het boek toenemen.

Daarom zijn naast het Campbell-citaat ook de andere zorgvuldig door het verhaal verstrooide en herhaalde ‘sleutelteksten’ zo belangrijk. Deze sleutels werden letterlijk vormgegeven als diverse soorten boombladeren, aangevuld met tekeningen van “signs and wonders” (schrifttekens, fysicaschetsen, specifieke symbolen voor voetnoten die soms heldere toelichtingen zijn, maar ook citaat of een hint naar andere plaatsen in het verhaal…). Al die ‘openbaringen’ kunnen we in overdrachtelijke zin lezen natuurlijk, maar minstens toch ook letterlijk, zoals in het boek Openbaring in de bijbel (het laatste, apocalyptische deel).

Want de titel van deze roman van Steven Hall had ook – iets minder catchy – kunnen luiden: “In the beginning was the Word…” – In het begin was het Woord, het Woord was bij God, en het Woord was God.
In Maxwell’s demon draait inderdaad alles om het woord, om de woorden die het verhaal schrijven en de macht in handen hebben: “you can still write the world however you want it to be”. Die uitspraak is niet enkel tot Thomas Quinn gericht, maar ook tot de lezer, die zo medeplichtig kan worden aan het verhaal (en de maakbaarheid van de eigen (denk)wereld).
Het vers uit de bijbel, preciezer uit het Evangelie volgens Johannes, 1.1, wordt in de roman steeds weer herhaald, net als citaten over helden, engelen-boodschappers, naamgeving, transformaties, tijdsverloop, de link tussen taal en de levende wereld, en nog andere archetypes: “the Book of Words, the Book of Works”.
Maxwell’s demon bevat dan wel een hoge graad van metafictie, maar het blijft een meeslepend verhaal, verrassend én ontwrichtend: een roman als een machine van letters en tekens, een verhaal waarbij de auteur je om elk van zijn vingers windt.

Het lijkt een veeleisend boek, maar het is zeker geen Thomas Pynchon of Mark Z. Danielewski, zelfs de bijbelse en de wetenschappelijke onthullingen zijn boeiend. Je kan makkelijk een paar keer van de roman genieten, tot al die vreemde en vervreemdende stukjes op hun plaats liggen in je hoofd. Voor mij kwam de roman over als een magisch verhaal dat van de kracht van het alfabet en van het verzinnen van verhalen een (allesbehalve regelrechte) halszaak maakt, dat voortdurend trilt en zoemt van spiegelingen en herhalingen en bovendien… (oeps!) nee, de sluitsteen moet je vooral zelf zien te vinden.

PS: Steven Hall (°1975) werd door Granta verkozen tot Best Young British Novelist en publiceerde veertien! jaar geleden The Raw Shark Texts (2007, Nederlandse vertaling: Gehaaid), dat tegen alle voorspellingen in een internationale bestseller werd. Wie die roman ook heeft gelezen krijgt in Maxwell’s demon nog enkele extra knipoogjes van de auteur mee.

Synopsis

Een mislukte schrijver gaat op zoek naar de geniale auteur die ooit de protégé van zijn vader was, in de hoop de hand te leggen op het manuscript van diens tweede roman.

Jean-Paul Haerynck
Leestip van Jean-Paul Haerynck
Lezen: letters, woorden, teksten, bundels, boeken. Lezen, lezen, lézen. Samen lezen, voorlezen, hardop lezen, in stilte lezen, begrijpend lezen, verplicht lezen, vertellen over lezen. Maar lézen. Proeven van taal. En van wat taal vermag. We zijn allemaal verantwoordelijk.' (Ruth Joos)

Maxwell's demon
Titel:
Maxwell's demon
Auteur:
Steven Hall
# pagina's:
337 p. : ill.
Uitgeverij:
Canongate
ISBN:
9781847672469
Materiaal:
Boek
Onderwerp:
Schijn en werkelijkheid
Sfeer:
Donker,
Mysterieus

Gerelateerde leestips