Van staccato, tot glissando en vivacissimo
De debuutroman Stem (2017) van Daan Esch werd geïnspireerd door de zeventiende-eeuwse Italiaanse castraatzangers. Deze turf van zevenhonderd pagina’s is heel knap en waarschijnlijk met ontzettend veel geduld en liefde als een opera gecomponeerd. Het boek werd opgebouwd in vier bedrijven en een epiloog, met een lijst van personages en een rolverdeling. In twaalf delen volgt Esch muzikale ritmen en karaktertekeningen en bouwt zo naar een apotheose. Deze historische roman is een zinnelijke allegorie over de zeggenschap van de stem en de draagwijdte van zwijgen.
Tegen de achtergrond van het zeventiende-eeuwse Italië met de trieste levens van castraatzangers volgen we drie verhaallijnen: van de wees Arcangelo, de zangeres Angelina en de ik-figuur, een visverkoopster. De personages worden prachtig neergezet en psychologisch uitgediept. De beschrijvingen zijn zeer gedetailleerd.
De barokke schrijfstijl is groots en zeer bloemrijk met lange zinnen, aandacht voor emoties, zintuigelijke waarnemingen en gedachten. Esch gebruikt veel adjectieven, metaforen, vergelijkingen en beeldspraak. Ook de toon van de taal zwiert muzikaal: van staccato, tot glissando en vivacissimo.
Melomanen en operaliefhebbers onder de lezers kunnen niet anders dan hun hart ophalen. Schitterend geschreven. Een heel mooi boek.
Synopsis
Drie gebroken levens figureren tegen de achtergrond van het 17e-eeuwse Italië.