Bestaat slavernij in deze tijden nog?
In Kromme ploeg neemt Itamar Vieira Junior je mee naar het plattelandsleven in Brazilië waar een vergeten bevolkingsgroep, ondanks de afschaffing van de slavernij, nog steeds werkt en (over)leeft onder erbarmelijke omstandigheden. Het boek is zowaar een aanklacht tegen deze situatie van analfabetisme, uitbuiting en onderdrukking. De eerste vier pagina’s beschrijven een bepaalde gebeurtenis die het leven van de twee hoofdpersonages drastisch verandert. De zusjes, Bibiana en Belonísia, kunnen hun kinderlijke nieuwsgierigheid niet langer onderdrukken en ontdekken in de slaapkamer van hun mysterieuze grootmoeder een oud geheim. Ik vond de beschrijving van ‘het ongeluk’ echt luguber. Ik heb uiteindelijk tientallen pagina’s verder gelezen om het wat te verdringen.
Het eerste echte deel is geschreven vanuit het perspectief van Bibiana. Daarna is het de beurt aan Belonísia. Ook het leven van hun grootmoeder, Donana, en dat van hun vader, de grote Zéca, wordt beschreven. Op het einde spreekt een encantada. Encantados zijn een soort bosgeesten die tijdens bepaalde religieuze festiviteiten of in het dagelijkse leven bezit nemen van een menselijk lichaam. Ze manifesteren zich op deze manier om de persoon in kwestie ‘te helpen’ omgaan met een situatie. Ze troosten, brengen raad of geven kracht. De vader van de meisjes is een bekende curador, die een belangrijke rol speelt binnen de gemeenschap. Een curador is een soort priester/heler die geesteszieken behandelt, en de gave heeft om voortdurend in contact te staan met de encantados. Ze spreken hem toe vanuit een parallelle wereld. Deze Braziliaanse religie (jarê) zit mooi verweven in het verhaal. Ik vond deze spirituele factor enorm fascinerend. Het verhaal speelt zich af in Fazenda Água Negra, een plantage waar de arbeiders in ruil voor een stukje grond het land bewerken. Ze mogen er een hutje in leem bouwen. Wat ze in hun tuin kweken mogen ze zelf gebruiken tenzij de landheer het komt opeisen. De oogst is onzeker door de extreme weersomstandigheden waardoor de bewoners af en toe geconfronteerd worden met voedseltekort. Uit het verhaal kan je opmaken dat deze groep een hechte gemeenschap vormt waar elkaar helpen (overleven) vanzelfsprekend is. “Ook al waren we geen familie, dan werden we familie” is een zin die me zal bijblijven. Deze bevolking staat dicht bij de natuur. Je ziet dat ook terug in hun geloof. Ik kwam ergens de uitspraak tegen “de wind blaast niet maar zet alles in beweging”. Nog eentje om over na te denken. Deze roman brengt vooral een ode aan sterke vrouwen. De vrouwelijke personages in dit boek komen reeds op jonge leeftijd in aanraking met ongelijkheid en andere wreedheden. Ze gaan allen op hun manier om met het onrecht om zich heen of met wat hen werd aangedaan. Sommigen accepteren dat en proberen om er het beste van te maken zonder hun waardigheid te verliezen en zonder rancunes te hebben. Anderen gaan de strijd aan en zetten zich af tegen hun man, de landheren of andere autoriteiten. Ook de zusjes blijven niet gespaard en moeten zich er zien door te slaan. Ze treden beiden in het huwelijk en komen in totaal verschillende huishoudens terecht. Belonísia belandt in de rol van onderdrukte huisvrouw. Haar man mishandelt haar verbaal. Ondanks haar beperking staat ze haar mannetje. Bibiana daarentegen wordt door haar man als gelijke behandeld. Ze delen beiden het verlangen naar vrijheid en waardigheid, en gaan samen de strijd aan voor gelijke rechten en erkenning. Hun rebellie werkt enerzijds inspirerend maar zorgt evengoed voor tegenkanting.
Beide vrouwen zijn bewonderenswaardig voor hun aanpak, doorzettingsvermogen en incasseringsvermogen. Ook hier putten ze kracht uit het spirituele of laten ze zich leiden door encantadas. De band tussen de twee zussen verandert doorheen de tijd. Sinds ‘het ongeluk’ is die zeer hecht en intens alsof ze één persoon zijn. Als ze ouder worden en trouwen gaan ze even hun eigen weg maar de connectie blijft bestaan. Op het einde groeien ze dan weer dichter naar elkaar toe. Die evolutie is een van de rode draden in dit verhaal.
Nog even dit: de cover van dit boek is mat, licht groen met een prachtige illustratie van twee zwarte meisjes erop. Het is net iets kleiner van formaat in vergelijking met een standaard boek. Op de een of andere manier vind ik alles hieraan ‘aangenaam’. De kaft voelt zacht. Ik kon het tijdens het lezen vaak niet laten om af en toe over het boek te wrijven. Dat klinkt best wel grappig als ik het hier zo neerschrijf. Voilà, ik ben alweer een schitterende roman rijker. Ik raad iedereen dan ook aan om Kromme ploeg te lezen. Laat je inspireren door de krachtige vrouwelijke personages. Geniet van de intrigerende culturele en religieuze insteek. Sta ten slotte even stil bij de moderne slavernij die nog steeds bestaat in het verre Brazilië.
Jasmien Maes, huisrecensente boekensite.gent