Hoeveel geluk kan je hebben?
Dit boek, voor het eerst uitgegeven in 1978, is een voorbeeld van hoeveel geluk je kan hebben in één mensenleven. De schrijver is geboren in 1918 en stierf in 1997. Iedereen heeft wel eens extra geluk meegemaakt of toch wel enkele keren na elkaar. Hier gaat het over een man die het geluk aaneenrijgt als waren het kralen. De familie Senger woont ergens in Frankfurt tijdens de opkomst van Hitler en zijn gevolg. Zijn ouders zijn gevlucht uit het tsaristisch Rusland. Jood zijnde en communist was geen garantie om daar te overleven. In 1933 grijpt Hitler echter de macht en ze voelen de bui al hangen. Kapitaalkrachtigen zijn dan al lang de oceaan overgestoomd richting Amerika. Valentins moeder kan door omstandigheden de stamboom aanpassen en zo kunnen ze hun achtergrond enigszins verdoezelen tegen de Duitsers. Valentin wordt zelfs verliefd en brengt daarmee zijn leven en dat van zijn moeder in extreem gevaar. Hoe hij telkens ontkomt aan opsluiting en deportatie is mij een raadsel. De een na de ander verdwijnt uit zijn directe omgeving. Toen hij uiteindelijk werd opgeroepen voor dienst aan het front en medisch werd gekeurd kon de Duitse dokter hem direct aangeven als Jood, maar deed het niet. Toch is het echt gebeurt, je houdt het niet voor mogelijk. Is dit soms geen voorbeeld dat ons leven al op voorhand vastligt, wat men ook doet of niet doet?
Synopsis
Een Joods gezin weet met de hulp van een politieman en door een netwerk van leugens en een aantal toevalligheden het naziregime te overleven.