Als vriendschap een passie wordt
Geschreven
in de ik-vorm blikt kunstdocent Anton terug op zijn vriendschap met
de eigenzinnige student Dius. Wat hen bindt is een verlangen om in
een andere tijd te leven, ze zijn allebei gefascineerd door de
Renaissance. Hoe verschillend ze ook zijn, ze zijn samen in de ban
van de 16de-eeuwse Italiaanse kunst en de polyfone muziek van die
tijd.
De
eerste jaren speelt hun vriendschap zich vooral af in en rond een
leegstaand Gildehuis ergens in de Vlaamse polders, waar Dius zijn
ambacht verfijnt door het vervaardigen van kunstige houten meubels en
zijn passie botviert in zijn schilderijen en tekeningen. Daar
realiseert Anton zich dat hij wel heel veel weet over kunst, maar dat
Dius al die theorieën niet nodig heeft en dat hij de ware
kunstenaarsziel bezit.
Als
Anton op de academie is of in de stad, voelt hij zich rusteloos en
enkel als hij Dius aan het werk kan zien of met hem in de polders
wandelt, vindt hij rust en concentratie. Zijn liefdesleven is
chaotisch en mede door hun relaties verliezen de vrienden elkaar af
en toe uit het oog. Uit het oog, maar nooit uit het hart, zo blijkt.
In het laatste deel van Dius brengen de vrienden samen een jaar door
op een Italiaans landgoed in Bergamo. Maar hierover ga ik het niet
hebben om spoilers te vermijden.
Zoals
de auteur het zelf beschreef, is Dius een ‘boek over kunst,
vriendschap, littekens en de schoonheid die verloren gaat’.
Hertmans, die kunstfilosofie doceerde aan de Gentse hogeschool, put
voor zijn hoofdpersonage Anton duidelijk uit zijn eigen ervaringen
als docent.
Het
boek is geschreven in een beeldrijke, poëtische taal. Literatuur van
de bovenste plank. Maar er is meer dan dat: door de filmische
beschrijving van bepaalde schilderijen, ga je als lezer ook op zoek
op het internet: wie was die schilder? Hoe ziet dat schilderij eruit? De
‘Allegorie van Venus, Cupido, Afgunst en Tijd’ van Agnolo
Bronzino bijvoorbeeld. Ik ging zelfs luisteren naar het ‘Stabat
Mater’ van Pergolesi …
Dius
is dus een boek om heel lang en uitgebreid van te genieten, want
naast het prachtige verhaal prikkelt de auteur ook de
nieuwsgierigheid van zijn lezers wat schilderkunst, muziek en andere
kunstvormen betreft. Niet verplicht, maar een interessante
uitnodiging die urenlang savoureren en genieten garandeert.
Enkele
citaten:
‘Wat is je jeugd? Een verzameling vage, deels onbewust gekoesterde beelden, geprojecteerd door een half kapotte projector op de donkere wand van je verlangen?’ (p. 196)
‘Na
elke ontgoochelende poging zat ik een uur later alweer met mijn neus
in de boeken, zocht troost bij de virtuositeit van mensen die ik
soevereiner en sterker achtte dan mezelf. Wat het mij echter wel
opleverde was de gave van het begrijpen, het openstaan voor de
suggesties van wat buiten mijn eigen mogelijkheden lag – misschien
was dat het, wat mij ten slotte tot een behoorlijk docent had
gemaakt. Gul zijn omdat je weet dat je zelf het talent niet hebt.’
(p. 244-245)
‘Waarom beseft een mens meestal te laat wat waardevol is in het leven?’ (p. 254)
Synopsis
Wanneer een kunststudent bij zijn docent aanbelt en hem zijn onvoorwaardelijke vriendschap aanbiedt, brengt dat grote veranderingen teweeg in hun beide levens.