Pageturner voor de geduldige lezer
In Ik ben er niet staat de relatie tussen Leo en Simon
centraal. Deze twee eenzaten worden met elkaar verbonden door een
ongelukkige jeugd. Leo moest toezien hoe haar vader haar moeder
treiterde en Simon werd op school gepest om zijn flaporen. Beiden
verloren ze hun moeder. Veel meer dan elkaar hebben ze niet. Hun
enige sociaal leven bestaat uit contact met Lotte, de collega van Leo
in de zwangerschapswinkel Buik & Boek, die een relatie krijgt met
Coen, Simons collega bij reclamebureau Think Out Loud. Maar dan gaat
het ineens fout met Simon … Leo en Simon raken geïsoleerd, niet
enkel van de maatschappij, maar ook ten opzichte van elkaar.
Lise Spit schrijft over bipolariteit, over psychoses. Vooral vanuit
het standpunt van Leo, maar ook vanuit het standpunt van de
goegemeente die oordeelt zonder kennis van zaken. De omgeving heeft
weinig geduld met iemand die lange tijd ziek of kwetsbaar is of op
het randje van instorten staat. Ook de partner wordt hierin
meegesleurd en belandt op een eiland van onbegrip. Leo begrijpt het
zelf niet goed en ze wordt anderzijds ook niet begrepen, zelfs niet
door de behandelende artsen. Aanvankelijk ondergaat ze de situatie
min of meer, ze wringt zich in bochten omwille van de lieve vrede,
maar naarmate het verhaal vordert, wordt ze weerbaarder.
Ik ben er niet gaat over eenzaamheid, maar ook over grenzeloze
liefde en trouw. Over breekbaarheid en sterkte, over waarheid en
leugentjes om bestwil, over machteloosheid en vechtlust, over hoop en
wanhoop, over schuldgevoelens, over onverwerkte trauma’s die
drama’s veroorzaken.
Het duurde maar een paar dagen om deze kanjer uit te lezen en ik ben
nog altijd zwaar onder de indruk terwijl ik dit stukje schrijf. Wat
een ongelooflijk mooi maar intriest verhaal … Wat een ingenieuze
opbouw van de plot. Alleen jammer dat die ontknoping een klein beetje
tegenvalt. Al stoort het mij niet dat de opbouw van het verhaal
spannender is dan het einde ervan. De bestemming is minder belangrijk
dan de reis er naartoe.
Ik vond het debuut van Lise Spit al heel geslaagd, als enige
minpuntje noteerde ik bij Het Smelt een zekere langdradigheid
in het middelste deel. Dit kan absoluut niet gezegd worden van Ik
ben er niet. Elke zin, elk woord is van belang, alle herhalingen
zijn functioneel. Ook het ziektebeeld van Simon wordt gekenmerkt door
herhalingen, hij hervalt als hij zijn medicatie niet neemt. Toch zal
de ongeduldige, pragmatische lezer deze herhalingen al snel vervelend
of langdradig vinden.
De schrijftaal van Lise Spit is poëtisch, rustig kabbelend en ondertussen slaagt ze er toch in de nodige spanning op te bouwen. Wellicht volgt ze daarin een stramien, want ook haar debuutroman was zo opgebouwd.
Toch enkele voorbeelden van hoe zij bepaalde situaties dichterlijk
omschrijft:
“Ik leefde, behalve een dubbelleven, ook nog anderhalf leven. Ik
was de “i” in zijn “ik” geworden, hield zijn puntje in de
lucht.” (p. 449)
“ (…) ik zou zo zonder nadenken mijn eigen huid uittrekken en die
als een jasje over zijn schouder hangen, mocht hem dit een meer
beschermd gevoel geven.” (p. 410)