Erwin Penning
Leestip van Erwin Penning
De boeken maken de mens!

Spoken in de eenentwintigste eeuw

29 januari 2024

In de griezelliteratuur hebben geesten een aparte afdeling: het spookverhaal, de ghost story. Liefhebbers zullen meteen denken aan een aantal klassiekers in het genre van auteurs als Horace Walpole (1717 - 1797), Charles Dickens (1812 - 1870), Edgar Allan Poe (1809 - 1849), Guy de Maupassant (1850 - 1893), Henry James (1843 - 1916), of Montague Rhodes James (1862 - 1936). Maar ook in tijden van voortschrijdende wetenschap en techniek, en waarin het geloof in een hiernamaals vaak niet meer wordt beleden, wordt er nog aardig wat gespookt. Zo publiceerde Shirley Jackson (1916 -1965) in 1959 The Haunting of Hill House, en van Stephen King (1947) verscheen in 1977 The Shining – twee romans die overigens ook verfilmd werden, toch wel een aanwijzing voor de populariteit van geesten. En eind 2023 kwam Jeanette Winterson (1959) met haar bundel Night Side of the River. Ghost Stories (Nachtzijde van de rivier. Spookverhalen), waarmee ze het genre de eenentwintigste eeuw binnenloodste.

De verhalen spelen zich af in de wereld van vandaag, met herkenbare personages die een job hebben (of niet), al dan niet gehuwd zijn (of al dan niet gelukkig gehuwd of samen geweest zijn), hetero zijn of homo. Ze bedienen zich van laptops en smartphones. In deze wereld bestaan artificiële intelligentie en virtuele realiteit en de mogelijkheid om de persoon op dit virtueel niveau te vervangen door zijn aanpasbare digitale avatar: heel eigentijds, en hier wordt het meteen al een beetje spookachtig.

Precies de metaverse levert het uitgangspunt van de eerste afdeling van de thematisch ingedeelde bundel, waarin het draait om apparaten (Devices) die geesten oproepen. In een korte beschouwing ter afsluiting van het boek zal Winterson het nog hebben over de toekomst van spoken in een wereld die niet langer beperkt is tot drie dimensies. Dat het bestaan van cyberspace voor Winterson een goede aanleiding is om de ghost story te actualiseren, belet overigens niet dat zij met grote kennis van en respect voor de tradities van het genre schrijft. Dat blijkt uit haar voorwoord, meteen een zeer beknopte maar prima historische en inhoudelijke handleiding over spookliteratuur, en uiteraard ook uit de verhalen zelf. Na Devices vallen die verder onder de afdelingen Places, People, en Visitations (Plekken, Mensen, en Bezoekingen – of, in de vertaling van Arthur Wevers, Geestverschijningen).

Geestverschijningen kunnen verbonden zijn aan plaatsen waar hun originelen ooit door eigen of andermans hand aan hun einde gekomen zijn. Ze kunnen van recente aard zijn, en zijn dan soms geneigd ex-partners een gewenst dan wel een ongewenst bezoek te brengen, in dit laatste geval als kwelgeest. Soms duiken ze op uit de geschiedenis. Enkele zijn wraakzuchtig. Goede geesten keren ook wel eens terug. Andere geesten kunnen geen rust vinden vooraleer de levenden ze door het verrichten van een of andere daad van hun eeuwig gedool hebben verlost.

In één verhaal is de geest zelf aan het woord. Een ander verhaal, waarin de Thames een Styx wordt waarop een donkere boot een onwillige passagier naar de Overkant vaart, draait uit op een bijna-doodervaring. De verhalen A Fur Coat en The Boots (Een Bontmantel en De Laarzen) en No Ghost Ghost Story en The Undiscovered Country (Spookverhaal zonder spook en Het onontdekte land) vormen telkens een tweeluik. Het eerste is erg grimmig, het tweede een verhaal van rouw en vertroosting, zodat de ghost story eigenlijk over de dood heen een love story wordt. Een en ander neemt echter niet weg dat Winterson in het algemeen ruimte laat voor humor en in het verhaal Canterville and Cock (de naam van een firma die feestjes opluistert met illusies, waaronder het oproepen van “geesten”), zelfs ronduit kiest voor een zwarte komedie.

Tussen de afdelingen door vertelt Winterson over haar eigen ervaringen met geesten – ze zou geen Engelse zijn als ze daar nog nooit mee te maken zou gehad hebben, te meer daar ze een huis met bouwjaar 1780 bezit in een oude wijk van Londen. Al dringt ze de lezer daar geen mening over op.

Night Side of the River is een zeer gevarieerde, inventieve, sfeervolle én vlot leesbare collectie, die door haar omkadering toch ook dieper ingaat op het blijvend succes van de geest en zijn verhalen. Uiteindelijk zijn die ook een manier om te proberen ons te verhouden met de doden en de dood.

Denkend aan haar oma, die zij in haar herinnering van vijfjarige nog in de tuin van de rozen zag staan genieten toen zij in werkelijkheid op datzelfde moment in bed was overleden, schrijft Winterson:

“If death frees us from the prison of the self, even for a second, before we meet with oblivion, then death is more than a biological event. It might not be a bridge to elsewhere, but perhaps it can be a blessing.”

“Indien de dood ons bevrijdt van de gevangenis van het Ik, ook al is het maar voor een seconde, vooraleer we in de vergetelheid belanden, dan is de dood méér dan een biologische gebeurtenis. Mogelijk is het geen overgang naar elders, maar misschien kan het een zegening zijn.” (eigen vertaling)

Synopsis

Bundel literaire verhalen over geesten in een digitale wereld en de manieren waarop ze contact zoeken met de levenden.

Erwin Penning
Leestip van Erwin Penning
De boeken maken de mens!

Nachtzijde van de rivier : spookverhalen
Titel:
Nachtzijde van de rivier : spookverhalen
Auteur:
Jeanette Winterson
# pagina's:
337 p.
Uitgeverij:
Uitgeverij Pluim
ISBN:
9789493304895
Materiaal:
Boek
Onderwerp:
Geesten
Sfeer:
Donker,
Mysterieus

Gerelateerde leestips