Strompelend gelezen, dom gevoeld, slechtgezind soms
Het boek Kairos van de Oost-Duitse schrijfster Jenny Erpenbeck, winnaar van de Booker Price dit jaar, las ik strompelend. Van het turbulente liefdesverhaal van de 19-jarige Katharine en de 53-jaar oude Hans, gesitueerd in het al even waanzinnige (Oost-) Berlijn van 1986 , had ik hoge verwachtingen. Duits gestudeerd, grote fan van wervelend Berlijn en altijd in voor een passioneel liefdesverhaal, dacht ik dat deze roman echt iets voor mij zou zijn.
Jammer genoeg wist het boek me niet te boeien. Ik snap waarom het de Booker Price gewonnen heeft: een boeiende tijdsschets en literaire taal, een auteur die belezen en erudiet is, talloze verwijzingen naar de Duitse geschiedenis, Duitse toneelcultuur en subtiel kritisch wereldbeeld: Kairos vinkt het allemaal aan.
Maar toch voelde ik me vaak dom terwijl ik het verhaal las: té veel allusies waar ik, ondanks mijn studie Duits, geen weet van had. Wanneer de relatie tussen Hans en Katharina begint te wankelen, was ik geschokt door de laffe daden van Hans (cassetjes vol verwijten inspreken, Katharina vernederen) maar ook de gelaten houding van Katharina, die de fysieke en mentale terreur schuldbewust ondergaat, kon ik bijna niet lezen zonder slechtgezind te worden.
Uit ervaring weet ik dat een gesprek met mensen die hetzelfde boek gelezen hebben verhelderend kan zijn, en je andere inzichten kan brengen. Ik kijk dan ook reikhalzend uit naar ons Leescafé binnenkort, waar we dit boek op de pijnbank (in mijn geval toch) zullen leggen.
Synopsis
Een jonge vrouw en een 34 jaar oudere, getrouwde man ontmoeten elkaar in Oost-Berlijn in 1986 en krijgen een intense relatie. Maar als zij haar eigen weg begint te gaan, ontwikkelt hij een agressie jegens haar die sadistische en paranoïde trekken vertoont.