Vreemde samenzangen voor de aarde

De dichter, poëziecriticus en plattelandsdichter van de provincie Oost-Vlaanderen (2016-2019) Paul Demets heeft met De hazenklager (2020) een klassieker geschreven die voor mij meteen in de zogenaamde "dynamische literaire canon" mag opgenomen worden. De titel roept list en dreiging op - een hazenklager is een jachtinstrument om vossen te lokken door middel van een fluittoon die een gewonde haas nadoet. Zeven - geen toeval - gedichtenreeksen van telkens zeven gedichten vormen een rijke, samenhangende compositie waarin mensen, natuur en dieren verbonden worden. Al lezend maak je de veranderingen mee van de dichter-zanger in de heroïsch-magische speelruimte van zijn jeugd, in de relaties met vader, moeder, grootvader, familie, in het beleefde landschap, de liefde, het wonen en de stemmen van klimaatactiviste Greta Thunberg en de Griekse goden van het ontstaan van de aarde (Gaia, Ouranos, Kronos). De dichter is ook een onderzoeker die zijn gedichtencycli heel bewust en doordacht titels geeft uit talrijke wetenschappen en die laat voorafgaan door citaten van schrijfster Rebecca Solnit, filosofen Gilles Deleuze en Felix Guattari, psychoanalyticus Jacques Lacan en socioloog Bruno Latour.

Hierna volgt het hele vijfde gedicht van de gedichtencyclus Mutatie, voorafgegaan door het citaat:
"We are facing an existential crisis."
Greta Thunberg

5.

November kamt de bomen.

Vang jij hun wind? Beeld je je in hoe
het vee uit de weiden ontsnapt en rustig
tussen de graven staat te grazen,

trappend op wat verging?
Je bent niet mak, niet tam.
Zo verschijn je achter het raam.

Je keert naar huis terug, naar je huid.
In je gezicht laait de woede op,
in je handen snijdt de kou kloven.

Ons huis staat in brand en we willen het niet geloven.