Iedere tijd heeft zijn manier om macht onder machtigen te houden
Twee keizerlijke gravinnen van Vlaanderen weten zich - deels vanuit het Gentse Gravensteen - vanaf hun kindertijd te bewegen in de machtsverhoudingen tussen de "groten", in de 13de eeuw: de Franse koning - de Engelse vorst - de Duitse keizer. Hertogen en graven waren slechts leenmannen van één van die drie; die drie deelden de lakens uit en gunden elkaar het licht niet in de ogen. Zij huwden de meisjes al in hun kinderjaren uit om gebiedsuitbreidingen te verzekeren. Als zo een bruid dan jong weduwe werd, was het haar grote zorg zich als regentes te doen erkennen, zodat haar eventuele zoon bij zijn meerderjarigheid het leenmanschap van papa kon voortzetten. Maar in die tussentijd aasden rivalen als gieren op haar zwakke kanten...
Zeer boeiend beschreven, rijkelijk ingekleed in de dagdagelijkse realiteit van toén.
